De Vilt is een natuurreservaat gelegen tussen Oeffelt en Beugen in de Nederlandse provincie Noord-Brabant, met een oppervlakte van 154 hectare en eigendom van de Stichting Brabants Landschap. Het gebied omvat een oude Maasbocht die gedurende de eeuwen tussen 1000 v.Chr. en 9000 v.Chr. werd afgesneden van de rivier, wat het uniek maakt in Noord-Brabant.

Tegenwoordig bestaat het reservaat uit twee waterpartijen: de Kleine Vilt en de Grote Vilt, ook wel Oeffeltse en Beugense Vilt (of kortweg De Vilt) genoemd. Deze wateren worden gevoed door kwel en zijn omgeven door broekbossen en cultuurland, waar houtwallen als afscheiding tussen de percelen fungeren. De Kleine Vilt ontstond echter kunstmatig als een kleiwinningsput voor een steenfabriek in de eerste helft van de 20e eeuw.

Rond 1850 werd besloten tot vervening vanwege de vorming van een veenmoeras in het gebied. Een dam genaamd de Moerbaan werd aangelegd om het veen af te voeren, en in 1920 was al het veen ontgonnen. In de binnenbocht bevond zich een omloopberg met rivierafzettingen van zand en grind. In 1873 werd het Duits Lijntje nabij en deels door het gebied aangelegd. Hoewel deze spoorlijn in 1973 buiten gebruik werd gesteld, fungeert ze nu als ecologische verbindingszone. De omloopberg werd grotendeels afgegraven voor de aanleg van deze spoorlijn, en later werd het Gemeentebos aangelegd, voornamelijk met Amerikaanse eiken.